, [], Whether the Old Law should have been given to the Jews alone?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wie heeft [4]van den opgang [5]dien rechtvaardige [6]verwekt? heeft hem geroepen op [7]zijn voet? [8]de heidenen voor zijn aangezicht gegeven, en [9]gemaakt, dat hij [over] koningen heerste? [10]heeft ze zijn zwaard gegeven als stof, zijn boog als een voortgedreven stoppel? 4. Versta, den opgang der zon, namelijk, uit Ur der Chaldeen land. Zie Gen.11:31, en Gen.12:1; Joz.24:2. 5. Te weten Abraham, die door het geloof is gerechtvaardigd geworden, en wiens gerechtigheid van Mozes geroemd wordt. Zie Gen.15:6, en Gen.18:19, en Gen.22:16. Hebreeuws, die gerechtigheid verwekt. Zie van zulke manieren van spreken Job 35:13. 6. Dat is, vermaand en verwekt daartoe, dat hij naar een ander land trekken zou. 7. Dat is, dat hij hem op den voet zou volgen en dienen. 8. Dat is, wie gaf hem de overwinning over de heidenen, die Sodom en Gomorra geplunderd hadden? Zie Gen.14:14. 9. Dat is, gaf hem overwinning, te weten over de vier koningen, van wie gesproken wordt Gen.14:. 10. Dat is, maakte dat zij voor zijn zwaard zo lichtelijk waren door te houwen alsof zij stof waren geweest. Anders: en heeft hunne; te weten dier koningen, zwaarden gemaakt als stof, en hunne bogen als stoppelen die van den wind [voortgedreven worden].